14.05.2025

VNCI: “Maak werk van gelijk speelveld Nederlandse industrie”

De Koninklijke Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) uit haar zorgen over de hoge netwerkkosten en nationale CO₂-heffing, voorafgaand aan het Kamerdebat over nettarieven op 14 mei. De brancheorganisatie benadrukt dat snel duidelijkheid en concreet industriebeleid noodzakelijk zijn om de verslechterende concurrentiepositie te behouden. “Een gelijk Europees en internationaal speelveld is voor de Nederlandse chemische industrie van levensbelang.”

 

De VNCI ziet dat het kabinet op 25 april – publicatie klimaatbrief van KGG-minister Hermans - serieuze stappen heeft gezet om de concurrentiekracht van de industrie te versterken. Toch vreest de sector dat het beleid voor veel bedrijven te laat of te beperkt komt. De zorgen over de stijgende netwerkkosten en het effect van de nationale CO₂-heffing op een gelijk speelveld blijven groot. Als dit niet snel verandert, dreigt een groot deel van de chemische industrie in Nederland te verdwijnen. Dat gaat niet alleen ten koste van directe werkgelegenheid, maar ook ten koste van vele indirecte banen. Bovendien is chemie essentieel voor onze strategische autonomie en nationale veiligheid.

Netwerkkosten

In Nederland liggen de netwerkkosten fors hoger dan in buurlanden als Duitsland en België. Dat zet bedrijven hier op achterstand. De VNCI roept daarom op om de lijst van sectoren die gebruik mogen maken van de indirecte kostencompensatie (IKC) uit te breiden. Daarnaast vraagt de VNCI het kabinet om snel duidelijkheid te geven over de mogelijkheden om de netwerkkosten structureel te beheersen door de inzet van het instrument van de amortisatie (in samenhang met een regeling als de VCR). Een andere mogelijkheid is het subsidiëren van het net ten behoeve van wind op zee. Het inzetten van algemene middelen voor het verbeteren van de energie-infrastructuur is volgens de VNCI zeer verdedigbaar; dit gebeurt immers ook bij andere grote infrastructurele investeringen die van groot maatschappelijk belang zijn.

Gelijk speelveld

Waar andere Europese landen actief gebruikmaken van de ruimte die Brussel biedt om hun industrie te ondersteunen, blijft Nederland achter. België verlaagt de elektriciteitsaccijnzen tot het Europese minimum en drukt de netwerkkosten voor energie-intensieve bedrijven tot het niveau van buurlanden. Duitsland volgt een vergelijkbare lijn met forse belastingverlagingen en een jaarlijkse subsidie van 6 miljard euro om de transmissiekosten te halveren. De VNCI roept het kabinet op om ook in Nederland de mogelijkheden voor staatssteun en tariefsverlagingen beter te benutten, zodat bedrijven niet vertrekken naar landen met gunstiger voorwaarden.

CO2-heffing

De nationale CO₂-heffing is een ander knelpunt. Omdat veel bedrijven weinig mogelijkheden hebben om hun uitstoot op korte termijn te verlagen, wordt de heffing vooral ervaren als een lastenverzwaring die investeringen in Nederland ontmoedigt. VNCI vraagt daarom om een grondige evaluatie van de werking van deze heffing en het effect op concurrentiekracht én duurzaamheid. “Voorkom dat verduurzaming leidt tot verplaatsing van productie naar het buitenland.”

Lees hier de inbreng van de VNCI ten behoeve van het Comissiedebat nettarieven op 14 mei.