Van kolenkachel naar transitie in de hoogste versnelling
In de jaren zestig hadden we thuis een petroleumstel en kolenkachel. Ik weet nog goed dat we een gaskachel en gasfornuis kregen. Van de een op de andere dag kwam de kolenboer niet meer langs. In hoog tempo schakelde Nederland in die jaren over van steenkool op aardgas.
Column Peter Bareman | Binnen vijf jaar had tachtig procent van de huishoudens een gasaansluiting. Als kleine jongen was dit mijn eerste ervaring met een ontwikkeling die we nu de energietransitie noemen. Een transitie de vandaag de dag wel een stuk uitdagender is geworden.
De extreme hitte afgelopen zomer maakte pijnlijk duidelijk dat de energietransitie waar we nu voor staan, keihard nodig is. In 2050 willen we in Europa klimaatneutraal zijn. Deze enorme transitie vraagt andere energiedragers dan we nu gewend zijn. Denk aan waterstof. Het zal je niet verbazen dat ik mij als hoofd Veiligheid, Gezondheid en Milieu afvraag hoe we veilig overgaan naar deze andere energiedragers. Hoe zorgen we dat we deze energietransitie voortvarend en veilig waarmaken?
Nog even terug naar mijn jeugdjaren. Wat er toen gepresteerd is, moet ons nu toch ook lukken?! In vergelijking met toen hebben we een enorme voorsprong, omdat we al beschikken over fijnmazige en veilige gasinfrastructuur. Die kunnen we bijvoorbeeld inzetten voor transport en opslag van waterstof. Deze bestaande gasinfrastructuur verbindt de diverse Nederlandse chemieclusters en onze buurlanden. Neem bijvoorbeeld de aardgasleiding tussen Dow en Yara; die wordt al gebruikt voor het transport van waterstof. Ook hebben we met zoutcavernes en lege gasvelden perfecte opslaglocaties voor groene waterstof. Deze voorzieningen spelen een belangrijke rol in het realiseren van de waterstofambities van Nederland.
Ik was dan ook verheugd om in de begroting van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat te lezen dat het bestaande aardgasnet moeten worden hergebruikt voor nieuwe energiestromen. Door regelgeving te veranderen, kan waterstof binnenkort ook vervoerd worden door de bestaande aardgasleidingen. Dit is de perfecte oplossing. We maken gebruik van netwerken die we al hebben en die al decennia bewezen veilig zijn.
Naast waterstof als toekomtigste energiedrager kennen we heel veel vormen ook nog niet. Een CO2-neutrale economie is per definitie circulair en vraagt dus ook alternatieve feedstock en energiedragers. Denk aan koolstof uit biogrondstoffen, hergebruik van koolstof via CCU of koolstof uit chemische recycling. Al deze vormen moeten we veilig kunnen transporten en verwerken. Dit brengt nieuwe vragen én uitdagingen met zich mee.
Om samen tot antwoorden en oplossingen te komen hebben we in Nederland de zogenaamde triple helix-aanpak ontwikkeld. Een model voor het kijken naar en het sturen op innovatie in de kenniseconomie. Overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en wetenschap werken samen om stappen te zetten. Voeg hier de denkkracht van maatschappelijke organisaties en burgers aan toe, dan pakken we echt gezamenlijk door.
Met de triple helix-aanpak kunnen we vroegtijdig de juiste mensen aan tafel brengen, slim samenwerken en optimaal gebruik maken van de aanwezige kennis en kunde. Door de transitie van de energiedragers gezamenlijk aan te pakken zijn we in staat te relativeren, zijn we beter in staat om over onze eigen schaduw heen te springen en kunnen we beter omgaan met onzekerheid.
Laten we met elkaar zorgen dat deze ambitie in de hoogste versnelling in uitvoering wordt gebracht zodat de transitie net zo snel kan gaan als in de jaren zestig. Terug naar de kolenkachel willen we immers allemaal niet.