Safe and sustainable by design biedt volop kansen voor Nederlandse chemiesector
De groeiende aandacht voor duurzaamheid en circulariteit richt zich binnen de chemiesector steeds meer op safe and sustainable by design (SSbD) waarin veiligheid, duurzaamheid, functionaliteit en kosten vanaf de vroegste innovatiestadia worden meegenomen. Hoe kunnen bedrijven SSbD toepassen en welke kansen biedt dit Nederland om een toonaangevend chemieland te blijven? Michiel van Kuppevelt van VNCI en Wouter Fransman van TNO gingen hierover in gesprek.
Nederland is een belangrijke speler in de chemiesector, met 45.000 werknemers bij 390 bedrijven die jaarlijks 87 miljard euro omzet genereren. De chemie draagt bij aan 13 procent van de industriële toegevoegde waarde, twee procent van het BBP, en 18 procent van de goederenexport, waarvan tachtig procent naar de EU gaat.
Michiel van Kuppevelt, beleidsadviseur Veilige en Duurzame Stoffen bij VNCI, verklaart dit succes door de belangrijke havens, een hoogtechnologische chemische industrie, maar vooral door de toonaangevende reputatie die Nederland al jaren heeft in de wereld. “We zijn een klein, dichtbevolkt land, maar hebben toch een hoogtechnologische chemische industrie. Wat we hier vooral goed voor elkaar hebben is de dialoog tussen de sector, kennisinstellingen en overheden. Daarnaast heeft Nederland ook een sterke veiligheidscultuur en dat vinden ze in het buitenland ook interessant. Als het bijvoorbeeld gaat over het stoffenbeleid heeft Nederland samen met andere landen een voortrekkersrol in Europa.”
Van Kuppevelt merkt binnen de sector een toenemende interesse in SSbD. “Door de opkomst van nanomaterialen moest er in een vroeg ontwikkelstadium naar materiaalstructuren worden gekeken. Zo’n vijftien jaar geleden hebben RIVM en TNO daar vanuit Nederland in samenwerking met andere Europese landen veel kennis op ontwikkeld en de industrie gevraagd hier zorgvuldig mee om te gaan.”
TNO merkt dat er traditioneel in de chemie pas laat in de innovatieketen naar veiligheid en duurzaamheid wordt gekeken, terwijl de economische winst van SSbD vooral in de eerste R&D-fasen te behalen is. Wouter Fransman: “Vaak begint een innovatieproces met honderd verschillende stoffen, waarvan er uiteindelijk maar één op de markt komt. Hoe eerder jij weet wat de potentiële risico’s zijn, hoe meer kosten je bespaart. Vaak wordt gewacht tot het point of no return is bereikt en bedrijven al teveel hebben geïnvesteerd in een stof om het innovatietraject te kunnen afbreken. Een bijkomende uitdaging is dat de meeste bedrijven liever geen kijkers in hun keuken willen in dit prille stadium van innovatie, vanwege concurrentiegevoeligheid. Om die reden adviseren wij om SSbD al te implementeren in hun portfoliostrategie."
Fransman: “BASF werkt met TNO samen om SSbD te integreren in hun Portfolio Management Systeem”, vertelt Fransman. “We hebben dat Decision Support Systeem zo opgezet dat het meebeweegt met de innovatiefasen. Door steeds nieuwe informatie toe te toevoegen, kunnen hun wetenschappers steeds betere informatie aandragen om de beslissing te onderbouwen.”
Lees ook | BASF en TNO werken samen aan Decision Support System