KEV 2025: CO₂-doelen industrie uit zicht; extra beleid nodig
De Klimaat- en Energieverkenning 2025 (KEV) laat zien dat de klimaatdoelen voor 2030 buiten bereik liggen. Zowel het nationale streefdoel als het sectorale doel voor de industrie worden volgens het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) niet gehaald. De VNCI maakt zich zorgen over de manier waarop CO₂-reductie tot stand komt: niet door verduurzaming, maar door het wegvallen van industriële activiteit.
“De daling van de industriële uitstoot – circa 1 Mt CO2- komt vooral door productiekrimp in de chemie. Dat is geen duurzaam succes, maar een signaal dat de industrie het zwaar heeft,” zegt Rob Gosselink, beleidsadviseur Klimaat en Energie bij de VNCI. “We zien dat de CO₂-reductie sinds 2023 vooral is gerealiseerd door productiestops en sluitingen van fabrieken. Dat ondermijnt het toekomstperspectief van de sector en vergroot onze afhankelijkheid van import.”
Wegvallen industrie
Volgens het PBL ligt de verwachte CO₂-reductie in 2030 tussen de 46,8 en 54,5 procent ten opzichte van 1990. Voor de industrie is de raming van het basispad zelfs lager dan in 2024, met name door afname van productie in de chemie. Uit een inventarisatie van de VNCI blijkt dat sinds 2023 al 2,5 megaton CO₂-reductie is gerealiseerd door het wegvallen van industriële activiteit. Het PBL waarschuwt dat stevige maatregelen nodig zijn, die ook economisch pijn zullen doen.
Importafhankelijkheid
De KEV signaleert daarnaast een historisch hoge importafhankelijkheid van energie. De uitrol van hernieuwbare bronnen is essentieel, maar de tijd om nog investeringen te realiseren die vóór 2030 effect hebben, is beperkt. “Voor de korte termijn is het cruciaal voor de industrie dat er een level playing field komt, zodat chemiebedrijven in Nederland én Europa kunnen blijven concurreren”, zegt Gosselink. “Er zijn nu te veel onzekerheden. Alleen met voorspelbaar industriebeleid en een gelijk speelveld, komen investeringen in verduurzaming los. De chemie biedt enorme kansen voor een duurzame toekomst, maar daarvoor moet de chemie in Nederland wel concurrerend zijn.”
CO2-reductieplannen en knelpunten
De minister benadrukt dat 2030 niet het eindpunt is, en dat veel maatregelen pas daarna hun impact zullen hebben. Ook uit een inventarisatie van RVO naar CO2-reductieplannen van de Nederlandse industrie tot en met 2030 en daarna, blijkt dat de plannen er zijn, maar dat het oplossen van knelpunten de timing daarvan cruciaal zijn.
Lees hier de Klimaat- en Energieverkenning 2050 van PBL