17.04.2025

CTGG doet voorstel voor nieuwe koers Basisnet Spoor

Tijdens het commissiedebat in de Tweede Kamer op 3 april werd duidelijk dat de toekomst van het Basisnet Spoor onderwerp is van discussie. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wil afstappen van het huidige systeem van risicoplafonds voor het vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor.

 

Die aanpak zou in de praktijk niet effectief zijn gebleken, een conclusie die ook werd onderschreven door onderzoeksbureau Ecorys in 2023. In plaats daarvan wil het ministerie inzetten op zogenoemde ‘aandachtsgebieden’ waarbij gemeenten rekening houden met de mogelijkheid van transport van gevaarlijke stoffen op bepaalde spoortrajecten.

Zorgen decentrale overheden

Decentrale overheden maken zich echter zorgen. Zij vrezen dat het loslaten van risicoplafonds kan leiden tot een toename van transport door dichtbevolkte gebieden, zoals binnensteden langs de Brabantroute en de spoorverbinding door Oost-Nederland. Ook zijn er zorgen over de eisen uit de Omgevingswet, met name op het gebied van bouwkundige maatregelen voor gebouwen met minder zelfredzame personen, zoals ziekenhuizen en kinderdagverblijven.

Praktische oplossing

Om de discussie verder te helpen, pleit de Commissie Transport Gevaarlijke Goederen (CTGG) – een samenwerkingsverband van verladers, vervoerders en opslagbedrijven, waarvan ook de VNCI lid is – in een brief aan de Tweede Kamer voor een praktische oplossing die recht doet aan zowel de veiligheid, ruimtelijke ordening en de economische belangen. Centraal in het voorstel staat een ‘Kernnet’ van geselecteerde spoortrajecten waarop het vervoer van gevaarlijke stoffen wordt geconcentreerd. Daarmee blijft de bereikbaarheid van chemieclusters en zeehavens gegarandeerd, terwijl ook de zorgen van gemeenten worden geadresseerd. Voor bouwkundige maatregelen wil de CTGG teruggrijpen op de werkwijze van vóór de invoering van de Omgevingswet, waarbij lokale overheden zelf een afweging kunnen maken op basis van de situatie ter plaatse.

Ook benadrukt de commissie het belang van slim locatiebeleid in het kader van de energietransitie. Door bij de ontwikkeling van nieuwe locaties vroegtijdig rekening te houden met toekomstige transportstromen, kunnen onnodige knelpunten in binnensteden worden voorkomen.