Zoutchemie van Nobian is het begin van vele waardeketens
Tekst: Igor Znidarsic
“Nobian is een jong bedrijf met een geschiedenis van meer dan honderd jaar”, zegt Marco Waas, verantwoordelijk voor Research, Development, Technology en Sustainability. Die geschiedenis begint in 1918 als de Koninklijke Nederlandse Zoutchemie zich vestigt in Delfzijl, boven op de diepgelegen dikke zoutlaag onder Noordoost Nederland. Via diverse fusies en overnames groeit het bedrijf uit tot het conglomeraat AkzoNobel, actief in de chemie, food en wasmiddelen, in zowel de business-to-business- als de consumentenmarkt. In de jaren negentig komt de focus weer meer op de kernactiviteiten te liggen en wordt AkzoNobel een chemie- en verfbedrijf. Die trend is de afgelopen jaren verder doorgezet. “Omdat het maken en verkopen van verf toch een heel andere business is dan het maken van chemicaliën, is het bedrijf in 2018 opgesplitst in AkzoNobel, gericht op verf en coatings, en in Nouryon, gericht op specialty chemicals die dicht bij de eindproducten liggen, zoals ingrediënten voor wasmiddelen, de agromarkt en polymeren”, vertelt Waas. Vervolgens is in juli vorig jaar ook Nouryon gesplist, waarbij de grootschalige basischemie werd ondergebracht in Nobian.
Die basischemie is gebaseerd op zout dat Nobian in Delfzijl (en ook elders) uit de grond haalt. Het wordt daarna ontdaan van verontreinigingen en gekristalliseerd. Vijftien procent eindigt als keukenzout, zout voor de farmaceutische industrie en wegenzout, de overige vijfentachtig procent belandt in enorme elektrolyse-installaties in onder meer Delfzijl en Rotterdam. Laat elektrische stroom door een bak met geconcentreerde pekel (NaCl en H2O) gaan, en er ontstaan waterstof (H2), natronloog (natriumhydroxide, NaOH) en chloorgas (Cl). Deze drie essential chemicals maakt Nobian op deze wijze, maar dan op zeer grote schaal.
Windparken
Ze worden geleverd aan diverse waardeketens, die zich vaak in clusters rond de elektrolysers bevinden, mede doordat chloor en natronloog aan vervoersbeperkingen onderhevig zijn. Chloor is een onmisbaar ingrediënt voor pvc, polyurethaan en desinfectiemiddelen, en ook voor de biotechnologie, om bijvoorbeeld suikers uit hout te halen. Natronloog wordt gebruikt in de papierindustrie, bij de aluminiumproductie, bij het maken van zeep, en is ook belangrijk voor lithiumbatterijen en betonvervangers. Waterstof is grondstof en energiebron voor de circulaire economie. Verder wordt het zout onder meer gebruikt in de medische wereld, als infuustoepassing, en als micronutriënt in de landbouw. “Zestig procent van alle producten die worden gemaakt, komt ergens in de productiefase wel in aanraking met zoutchemie”, weet Waas.
Het voormalige AkzoNobel stond altijd hoog in de duurzaamheidsindexen. “Duurzaamheid zit al heel lang in ons DNA”, aldus Waas. “Wij wachten niet tot de duurzame energie er komt, maar zijn op tijd samen met consortia windparken gaan neerzetten. Ook zijn we al in een vroeg stadium begonnen met waterelektrolyse, zodat we nu een sterke uitgangspositie hebben om concrete waterstofprojecten te ontwikkelen en geïmplementeerd te krijgen.”
Nobian gebruikt energie in de vorm van elektriciteit (voor elektrolyse) en stoom (voor de kristallisatie). “Om het gebruik te verduurzamen halen we de energie voor stoom zoveel mogelijk uit reststoom van afvalverbranders, en de energie voor elektrolyse zoveel mogelijk uit duurzame bronnen, met name windmolens.” Momenteel wordt zevenentwintig procent van de energie duurzaam opgewekt, de doelstelling voor 2025 is vijftig procent en voor 2030 zesenzestig procent. De ambitie is om in 2040 klimaatneutraal zijn. “We willen voorlopen op Parijs,” aldus Waas.
Waterstof
Ook met de producten zelf levert Nobian een bijdrage aan de verduurzaming, door de grondstoffen te leveren voor het isolatiemateriaal polyurethaan, voor wieken van windmolens, coatings voor zonnecellen en grondstoffen voor batterijen.
En zo komen we bij de materialentransitie, waar volgens Waas nog te weinig aandacht voor is. “Hoe ga je de materialen duurzaam maken? Door zoveel mogelijk circulariteit. De fossiele grondstoffen die we uit de grond hebben gehaald moeten we zoveel mogelijk blijven circuleren. Dat kan niet voor honderd procent, er zal altijd wat verlies zijn. Dat moet je aanvullen met alternatieve grondstoffen.”
Omdat Nobian aan het begin van de waardeketen staat, kan het een grote bijdrage leveren aan de materialentransitie in de keten. “De vraag naar groene producten, ook de basisproducten, komt ook steeds meer vanuit die keten.” Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor waterstof. “Een derde van alle uitstoot zit in productie van basismaterialen zoals cement, staal, en plastics. Wij kunnen daarin een rol spelen met waterstof in de staalproductie en voor het circulair maken van plastics.” Met de recent opgerichte joint-venture Hydrogen Chemistry Company (HyCC) komt de productie van waterstof uit waterelektrolyse met hernieuwbare energie op industriële schaal in zicht. Elektrolyse staat ook aan de basis van de samenwerking met Vulcan, waarbij lithiumhydroxide, grondstof voor de batterijindustrie, wordt geproduceerd uit lithiumchloride. Dat gebeurt in Duitsland, waarmee Europa op dit gebied minder afhankelijk wordt van China. Verder zit Nobian in een project met de TU Delft gericht op elektrolyse van CO2. “Met onze kerncompetenties uit het verleden en heden zijn we onderdeel van de industrie van morgen”, zegt Waas.
Pijpleiding
‘Grow greener together’, zo heet de toekomstvisie van Nobian. “We willen vergoenen, maar kunnen dat niet alleen”, legt Waas uit. “Daarom werken we samen met universiteiten, kennisinstellingen, startups en bedrijven om de transitie een duw te geven. De overheid is hierbij onmisbaar. Zoals er beleid is op duurzame energie zou er veel meer beleid moeten komen om de waardeketens die duurzame materialen opleveren, te stimuleren en te ondersteunen. Je kunt beginnen met subsidies, maar op een gegeven moment moet je ook de markt aanjagen. Dat gebeurt aan de materialenkant nog niet.”
Waas wijst erop dat bij de transities waarin Nederland succesvol is geweest de staat de regie had. “Zoals bij de transitie van kolen naar gas, en bij het opbouwen van de petrochemische clusters, door een grote pijpleiding neer te leggen van Rotterdam naar het Ruhrgebied. Die regie, met name op het gebied van de infrastructuur, zou de overheid nu ook moeten pakken. De overheid heeft een rol in het maken van de keuzes, om een volgorde aan te brengen in de activiteiten die we willen aansluiten op de groene elektriciteit die er zo meteen bij gaat komen.”
Dat moeten we volgens Waas niet overlaten aan de markt. “De markt is heel goed om dingen steeds beter en efficiënter te maken, maar minder goed om een transitie voor elkaar te krijgen. Kijk naar de mobiele telefonie. De telefoons kun je aan de markt overlaten, maar voor de netwerken hadden we toch echt de overheid nodig.”
Er vindt volgens Waas in Nederland veel innovatie plaats, maar we plukken daar niet altijd de vruchten van. “We hebben een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van zonnecellen en windmolens, maar omdat we dit verder aan de markt hebben overgelaten zijn de zonnecellen voor een belangrijk deel naar China gegaan en de windmolens naar Duitsland en Denemarken.”
Uitleggen
De grootste uitdaging voor de toekomst ziet Waas niet in de ontwikkeling van duurzame projecten – want de technologieën zijn er, in verschillende stadia van ontwikkeling – maar in de uitvoering. “Die nieuwe projecten moeten ergens komen te staan en dat heeft impact op de leefomgeving. We moeten goed blijven uitleggen wat de consequenties zijn van een duurzame samenleving en ervoor zorgen dat er voldoende draagvlak blijft. De tijdlijnen van het huidige regeerakkoord zijn haalbaar, maar wel ambitieus. Om ze te halen is het wel essentieel dat overheid en bedrijfsleven intensief samenwerken voor bijvoorbeeld het afgeven en verkrijgen van de benodigde vergunningen.”
Waas is blij met de in het regeerakkoord aangekondigde afspraken met de grote bedrijven, waar Nobian er één van is. “Ik hoop dat daar goede regie op komt, en dat er voor de chemie één aanspreekpunt komt, want als je als bedrijf wilt verduurzamen heb je met veel ministeries te maken.”
Hij benadrukt dat we het belang van een bedrijf als Nobian niet moeten onderschatten. “Zout is een van de weinige grondstoffen die Nederland heeft, en we kunnen er makkelijk bij. We hebben daarmee een strategische maakindustrie in Nederland, die aan de basis staat van vele onmisbare waardeketens. Dat is erg waardevol, en misschien wel aan wat herwaardering toe. De coronacrisis heeft ons weer laten inzien hoe belangrijk waarde- en productieketens zijn en wat het betekent als je voor essentiële productie afhankelijk bent van anderen.”
Nobian is een Nederlands bedrijf met zeven locaties in Europa, waar het marktleider is in zoutchemie. Het hoofdkantoor bevindt zich in Amersfoort. De zoutwinning vindt plaats in Delfzijl, Hengelo en Denemarken, de elektrolyse in Delfzijl, Rotterdam, waar een elektrolyser staat van 200 MW, de grootste van Europa, en op drie locaties in Duitsland. Er werken in totaal 1600 mensen. De omzet bedraagt ruim één miljard euro per jaar.