Europees beleid is leidend voor CO2-reductie industrie

De VNCI is groot voorstander van Europees klimaatbeleid. Dat sluit het best aan bij de internationale markt die de chemische industrie bedient. Aanvullend nationaal beleid kan alleen als het niet tot hogere lasten leidt.

 

Pluspunten

  • Het Europese CO2-emissiehandelsysteem EU ETS is het belangrijkste en meest effectieve instrument om CO2-emissies te reduceren. Het ETS voorziet in een effectieve CO2-uitstoot van nul voor 2040.  Het systeem geeft dan geen CO2-rechten meer uit, waardoor alle fabrieken die onder het systeem vallen – zowel elektriciteitscentrales als industrie – netto nul emissies moeten hebben.
  • Sinds 2005 zijn steeds meer industriële en elektriciteitsemissies onder het ETS-systeem gebracht en is het uitstootplafond steeds sneller naar beneden bijgesteld. Na grote CO2-reducties in de elektriciteitssector – mede door het sluiten van kolencentrales en de opbouw van wind- en zonne-energie – zien we de laatste jaren ook steeds meer CO2-reducties in de industrie.
  • Het ETS is de grootste CO2-markt wereldwijd. De prijs van CO2-rechten is de afgelopen jaren sterk gestegen. Na jaren te hebben geschommeld rond de € 7 per ton CO2, is de prijs nu al enkele jaren boven de € 80 per ton CO2 met uitschieters tot € 100. Hiermee komen ook steeds meer CO2-reductieprojecten in de industrie binnen bereik. De verwachting is dat de prijs met de toenemende schaarste richting 2040 nog veel verder zal stijgen.
  • De VNCI is voorstander van ambitieus klimaatbeleid. Het Europese beleid kan worden aangevuld met nationaal beleid, zolang de concurrentiepositie van de Nederlandse industrie niet geschaad wordt ten opzichte van ons omringende landen. Aanvullend beleid zou dus gericht moeten zijn op het creëren van aantrekkelijke omstandigheden om juist hier in Nederland te investeren in verduurzaming.
  • Ondersteunend aan het ETS stuurt Europa ook specifiek op energiebesparing – via de Energy Efficiency Directive.
  • Recent heeft Europa ook het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) uitgewerkt om de verduurzaming in de industrie te beschermen tegen import uit landen waar minder ambitieus klimaatbeleid gevoerd wordt.

Aandachtspunten

  • Hoewel het ETS een goed werkend instrument is, is het ook zeer generiek. Een CO2-prijs alleen is vaak niet genoeg om investeringen in duurzame technieken aantrekkelijk te maken. Veel technieken, zoals groene waterstof, zijn nog erg duur, terwijl ze wel nu opgeschaald moeten worden om ná 2030 een grote rol te kunnen spelen. Dat rechtvaardigt aanvullend (nationaal) beleid in de vorm van subsidies.
  • Ook garandeert een systeem van beprijzing uiteraard niet dat de randvoorwaarden voor verduurzaming ingevuld worden. Zo is aanvullend nationaal beleid op het versnellen van vergunningen en het aanleggen van infrastructuur noodzakelijk.

Inzet VNCI

  • Wij pleiten voor een ambitieus Europees klimaatbeleid, met een goed functionerend EU ETS als basis.
  • We pleiten voor aanvullend nationaal beleid gericht op het creëren van aantrekkelijke randvoorwaarden voor duurzaamheidsinvesteringen in Nederland. Beleid dat leidt tot concurrentienadeel voor de Nederlandse chemie moet voorkomen worden.